Mijn drie kinderen zijn ingenieur. Een paar jaar geleden zeiden zij: “Pim, het werken in de Techniek is aantrekkelijk, maar waarom verdienen studenten Techniek en Wetenschap minder dan studenten Economie? Economen tellen en verplaatsen gestold vertrouwen, als je even niet op let is dat lucht – maar daar is blijkbaar veel mee te verdienen!”. Zij hebben gelijk, het gemiddelde inkomen van veel economen lijkt hoger! Iets hoger. De werkgevers kunnen zich dat aantrekken. Mijn kinderen weten wie de grootste bijdrage aan rijkdom levert, aan innovatie, technologie en duurzaamheid. Dat zijn toch echt de jongens en meisjes die een technische studie hebben gedaan. De jongens en meisjes die al de technische kennis die wij hebben willen inzetten voor een betere en meer duurzame wereld.
In 1995 schreef Chris van Veen, oud minister en oud voorzitter VNO, een lange open brief aan de regering Kok. De samenvatting vulde een pagina in de NRC. Ik mocht hem helpen bij de voorbereiding. In die open brief deed Van Veen uitvoerig uit de doeken dat het technisch onderwijs in de periode 1960-1995 steeds minder bekostiging had gekregen. Oorspronkelijk was er voor het technisch onderwijs veel meer geld beschikbaar dan voor het economisch onderwijs, maar door voortdurende maatregelen werd het verschil steeds kleiner.
Chris van Veen oordeelde vernietigend over die harmonisatie van de bekostiging. Goed technisch onderwijs is op alle niveaus veel duurder dan economisch onderwijs, was zijn stelling, en als Nederland zich dat niet wil permitteren dan trekt dit land het vloerkleed onder het technisch onderwijs vandaan en dan zal Nederland in zijn geheel langzaam aan van de voorhoede in Europa zakken naar de subtop. Goed en voldoende technisch onderwijs van vmbo tot en met de technische universiteit is basisvoorwaarde voor een duurzame ontwikkeling van onze samenleving en economie.
De HHS heeft veel economisch onderwijs en een goed gesorteerd pakket aan technisch onderwijs. Toen ik in 2000 voor het eerst met Karel Wakker en Nico de Voogd sprak over een locatie op de Campus van de TU Delft hield ik rekening met dit assortimentsvraagstuk. De belangstelling voor ons technisch onderwijs liep al jaren terug, elk jaar een beetje, maar het telt op, en dat zou het zonder maatregelen en grote investeringen blijven doen. In 2002 kwamen Jacob Fokkema en Paul Rullmann in het CvB. Zij waren een grote steun voor het idee om het technisch onderwijs van ons en de TUDelft veel dichter bij elkaar te brengen. Toen we in 2002 een convenant sloten hield ik in het oude hoofdgebouw aan de Julianalaan een toespraak over mijn droom: een technologisch lusthof op de campus van de TUDelft. Vrees niet: geen sekspaleis, maar een creatief, inspirerend, op technologie gericht gebouw. Dat was de droom.
De vraagstukken van onze tijd hebben grote urgentie. Daar moet de politieke en bestuurlijke wereld zijn bijdrage aan leveren. Er zijn nauwelijks nog Nederlandse vragen, alle vraagstukken ontkennen onze landsgrenzen. Europa en de Verenigde Naties zijn daarin de spelers. Maar dat politiek bestuurlijk niveau kan niet zonder wetenschap en techniek. Daarom moeten veel jongeren met hun creativiteit en intelligentie de technologische oplossingen zoeken. Innovatie, Duurzaamheid en Technologie zijn de drie kernbegrippen. Als Europa een bijdrage wil leveren aan de oplossing van de grote problemen van onze tijd kan dat alleen door onze jeugd veel kennis over wetenschap en techniek mee te geven. De groeiende afkeer van jongeren voor techniek tijdens de achter ons liggende decennia, hun voorliefde voor economische studies, moet gekeerd worden. Onze wereld heeft de knapste kinderen nodig in de techniek. Ouders kunnen daar veel aan doen, al als de kinderen nog op jonge leeftijd zijn. De scholen in techniek moeten vervolgens uitnodigend zijn, inspirerend, lusthoven van technologie, daar wil je als jongere naar toe. Vooral kwalitatief goede docenten en onderzoekers in inspirerende gebouwen.
Wij prijzen ons gelukkig met dit gebouw. Het kost wat, maar dan heb je ook wat! En de werkgevers moeten het werk goed organiseren en onze slimme afgestudeerde studenten beter gaan betalen.
Dit gebouw kostte 35 miljoen en inclusief de inventaris investeerden we 40 miljoen. Dat is veel geld, zeker als je het afzet tegen het bekostigingsniveau. Nu wil het geluk dat de HHS veel economisch onderwijs heeft, dat geeft een stevige financiële basis, de hogeschool is bedrijfseconomisch kerngezond met een goed eigen vermogen. Dáárdoor waren wij in staat om zo’n mooi en ecologisch verantwoord gebouw neer te zetten. En zo sluit de cirkel: aan het feit dat economen meer verdienen en er dus zoveel economiestudenten zijn hebben wij dit gebouw voor onze techniekstudenten te danken.
De TUDelft heeft 20 jaar moeten ervaren hoe de belangstelling voor haar onderwijs wegkwijnde. Sinds enige jaren is het tij volledig gekeerd. Fantastisch. Knap gedaan TUDelft!! Ons technisch onderwijs zakte elk jaar verder weg. Tot dit jaar, de ommekeer is dit jaar gemaakt. Op 1 september jl. stroomde een kwart meer studenten in. De open dag van twee weken geleden in dit gebouw leverde bijna driemaal zo veel bezoekers op. Ga door zou ik zeggen. Nog twee jaar en we hebben hier een overvol lusthof. Allemaal jonge mensen die een bijdrage willen en zullen leveren aan onze wereld, aan de oplossing van de grote vraagstukken van onze tijd..
Wat is de meest effectieve stimulans om innovatie en duurzaamheid te bevorderen? Dat weten we al lang. Dat is een hoge energieprijs, hoe hoger de energieprijs des te innovatiever worden we. De afgelopen 30 jaar was de energieprijs zó laag dat we in het Westen zonder zorgen ongelooflijk konden leven en verspillen. De productie en consumptie werden opgejaagd zonder dat we met energie in de problemen kwamen. Je hoeft geen waarzegger te zijn om te zien dat dit over is. Het feest is over. Dagelijks rapporteert de Financial Times over de ongekende groei van de productie en consumptie in Azië, de helft van de wereldbevolking. Deze snelle toename van rijkdom is nog nooit in de menselijke geschiedenis vertoond. Het is dus zeer waarschijnlijk dat de energie- en grondstofprijzen meerdere keren over de kop zullen gaan. Verviervoudiging of nog meer van de olie en gasprijs en andere grondstoffen ligt voor de hand. Alle alternatieve energie wordt vanzelf goud waard. Daar kun je op wachten. Onze techniekstudenten in Delft en Den Haag zullen ons daarop moeten voorbereiden. Zij moeten de nieuwste technologieën ontwikkelen en zelf op de markt brengen. Daar leiden we ze voor op. En als de energieprijs over de kop gaat dan zal mijn collega in het CvB met de portefeuille Financiën heerlijk slapen. De energierekening van dit gebouw is goed te betalen. In dit gebouw zullen we daarom zo veel mogelijk geld besteden aan ons onderwijs, aan de beste docenten voor al die slimme studenten die hier komen studeren en aan uitstekende inrichting van werkplaatsen en labs. Dat is ons Technologisch Lusthof op de hoek Jaffalaan / Rotterdamse weg.
Dames en heren, ik prijs ons gelukkig met een erg goede samenwerking met veel vmbo, mbo en vo-scholen in de wijde omgeving. De activiteiten voor de poort waar iedereen aan mee werkt zijn veelvoudig. Onze samenwerking met vele bedrijven en bedrijfstakken in Haaglanden, in het Westland en Oostland is ook heel goed, bedrijven die oog hebben voor de technische opleidingen, die opdrachten geven aan ons Expertisecentrum voor projecten en toegepast onderzoek, die stagiairs gastvrijheid bieden en die hun medewerkers bij ons gastlessen laten verzorgen. Wij waarderen uw bijdrage in hoge mate, het is nog maar eens gezegd.
Onze samenwerking met de TUDelft is ook gegroeid, van een meer neutrale buurman naar intensieve contacten op velerlei gebied. Sinds vorig jaar zijn ook medewerkers van de TUDelft lector aan de Haagse Hogeschool, Ellen Sjoer voor technisch onderwijs in de basisschool en per 1 januari as Laure Itard voor energievriendelijke tuinbouw in de Greenports. Daarnaast dragen Saskia Harkema met haar onderzoek naar innovatie in het bedrijfsleven en Rianne Valkenburg met haar onderzoek naar integraal ontwerpen bij aan de kennisontwikkeling in deze locatie. Dat belooft wat. Het is dan ook prettig dat Paul Rullmann die deze samenwerking zo sterk heeft bevorderd vandaag ons op de Campus welkom heet, ik zie jou vandaag toch nog één keer als gastheer, en voel mezelf nog even de nieuwkomer, de gelukszoeker, zou je kunnen zeggen. Maar niet lang meer, ons gevoel zegt dat we hier thuis horen en binnenkort zullen we onze geboorteplaats Rijswijk wel helemaal vergeten zijn. Dat is geschiedenis. We zijn van TH Rijswijk getransformeerd naar de Academie voor Technology, Innovation & Society en de Academie voor ICT & Media. We heten hier De Haagse Hogeschool Delft. Dat is onze inburgering. Paul aan jou het woord.
download PDF van deze toespraak